Aan de noordrand van de polder staat op de ringvaartdijk een markante, met riet beklede, monniksmolen uit 1863. Met een wiekenkruis van maar liefst 24 meter is deze molen de grootste in zijn soort in Friesland. Nog regelmatig draaien de wieken van deze monumentale molen. Uniek is dat het Wetterskip Fryslân de molen gebruikt als onderkomen voor een elektrisch aangedreven gemaal om het water uit de polder op het gewenste peil te houden. Zowel op windkracht als met elektrisch kan dan ook het water uit de polder worden gemalen.
Het meer als strafplaats
Het Hempensermeer had in de overlevering een schrikwekkende reputatie. Uit verschillende oude kronieken is te lezen dat in de Middeleeuwen het meer een beruchte executieplaats is geweest.
Friesland kent een onophoudelijke strijd tegen het water. Met de aanleg van vele zeedijken kon uiteindelijk nieuw land worden bewoond. Na de landaanwinning in de gebieden aan de kust, slenken en binnenzeeën werden vanaf de zeventiende eeuw ook verschillende meren en poelen ingepolderd. De droogmaking van het Hempensermeer was één van de laatste in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden (1588-1795). Uniek is de mathematische verdeling in gelijke vierkante percelen van ca. 2.2 ha, welke verkaveling vandaag de dag nog nagenoeg geheel intact is.
Staatsbosbeheer, eigenaar en beheerder van de Hempensermeerpolder, en de Monumentenstichting Boarnsterhim, eigenaar van de Himpenserpoldermole, hebben eind 2015 en in het eerste halfjaar van 2016 een verkenning uitgevoerd naar de mogelijkheden om de beleving van de unieke Hempensermeerpolder te vergroten.